Mededelingsplicht bij het aangaan van een verzekering
Een verzekeraar beslist aan de hand van een verzekeringsaanvraag over het afsluiten van de verzekering en onder welke de voorwaarden. De verzekeraar wil weten met wie hij een verzekeringsovereenkomst sluit en welk risico hij op zich neemt. De aanvrager van de verzekering moet de hem bekende en voor de beslissing van de verzekeraar relevante feiten vermelden. De mededelingsplicht ziet niet op feiten die de verzekeraar reeds kent of die niet tot een ongunstigere beslissing van de verzekeraar leiden.
Een verzekeraar kan bij de verzekeringsaanvraag een vragenlijst gebruiken. Dat kan een aanvraagformulier zijn of de vragen kunnen telefonisch worden gesteld en beantwoord. De verzekeraar die de verzekering afsluit op basis van een vragenlijst kan een schadeclaim niet afwijzen met een beroep op een schending van de mededelingsplicht voor feiten waarnaar niet is gevraagd. Evenmin kan een verzekeraar een schadeclaim afwijzen als vragen onbeantwoord zijn gelaten, tenzij de aanvrager de bedoeling heeft gehad de verzekeraar te misleiden door vragen niet te beantwoorden.
Schending mededelingsplicht
De aanvrager schendt de mededelingsplicht als hij vragen onjuist beantwoordt. De verzekeraar kan aan de schending van de mededelingsplicht verschillende gevolgen verbinden.
Gevolgen schending mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering
De verzekeraar kan alleen gevolgen verbinden aan de schending van de mededelingsplicht als hij binnen twee maanden na ontdekking van de schending de verzekerde op de ontdekking en mogelijke gevolgen wijst. De verzekeraar kan de verzekering opzeggen zonder opzegtermijn bij opzettelijke misleiding of bij kennis van de ware stand van zaken geen verzekering zou zijn afgesloten.
De verzekeraar dient dekking te verlenen en schadevergoeding uit te keren als de verzwegen feiten niet relevant zijn voor de beoordeling van het risico. De verzekeraar verlaagt de uitkering als hij bij kennis van de ware stand van zaken een hogere premie zou hebben gevraagd of hij de verzekering tot een lager bedrag zou hebben gesloten. Als de verzekeraar de juiste feiten had gekend en daarom andere voorwaarden zou hebben gesteld, dan is hij slechts een uitkering verschuldigd als dat volgens die andere voorwaarden het geval zou zijn.
De verzekeraar hoeft de schadevergoeding niet uit te keren als hij bij kennis van de ware stand van zaken de verzekeringsaanvraag helemaal niet geaccepteerd zou hebben. Sinds 1 juli 2023 krijgt de verzekeringnemer die te goeder trouw heeft gehandeld in dat geval wel zijn betaalde premie terug, verminderd met een billijke vergoeding van de kosten die de verzekeraar heeft gemaakt.
Wordt de mededelingsplicht bij het aanvragen van de verzekering opzettelijk geschonden met de bedoeling de verzekeraar te misleiden, dan kan een verzekeraar zich op het standpunt stellen dat sprake is van verzekeringsfraude.
Pingback : Mededelingsplicht: Twee maanden termijn - Advocatenkantoor Van den Bogart